Reisverhaal dag 2: Geluk, van alles stuk
12 november 2022 - Serrekunda, Gambia
Het is zaterdagmorgen half 8 als deze letters hier verschijnen. Onze terugkeer tot de basis, ons stuk geluk, verliep iets minder gelukkig zodra Alhagy ons opgepikt had en we richting ons verblijf reden. Het leek of we geen licht aan hadden op de ‘Gambian highway’ en na een tijdje deed de auto het niet meer. We stonden stil op een ongelukkige plek en zoals het twee westerse Toubabs (blanken) betaamt, duwden we de auto richting veiligheid. Er werd een vriend gebeld die na een half uurtje kwam met een taxi. Die Gambiaanse taxi’s zijn echt geniaal! Alle toeters en bellen, versieringen en mooimakerij zit erin, inclusief een bontmatje op het dashboard. Enige nadeel is dat je bijna niks ziet door de voorruit, maar hey, wij hoefden niet te rijden, dus dat boeide ons niet. De radio staat hard en we gillen naar elkaar dat we het “nu al leuk is|” De kofferbak blijft open want de koffers passen niet. We hebben nog net geen geit op het dak maar verder horen we er helemaal bij hier We kunnen ons geluk niet op: we zitten in een echte Gambiaanse taxi!
Uiteindelijk komen we bij de compound, maar jeetje joh, wat zijn die wegen slecht. Het is natuurlijk regenseizoen geweest en er is hier heel veel regen gevallen. Mensen hebben soms dagen het dorp niet kunnen verlaten vanwege het vele water. En dat is te zien aan de wegen: kuilen, gaten, bulten… Alhagy roept regelmatig “Enjoy the free massage!”
We komen aan op de compound waar we verblijven en worden verwezen naar ons Gambiaanse mini-huisje (een kamer met twee bedden en een douche en wc). Het is al donker en onze buitenlamp is stuk. Als we binnenlopen slaat de klamme warmte ons recht in onze bakkes. Allemachtig! Als we hier moeten slapen, dan hebben we nog wel wat tijd nodig om te acclimatiseren. Maar gelukkig hebben we een waaier aan het plafond. We zetten die op de hoogste stand. Maar door dat lawaai kun je echt niet slapen. Hij zwabbert aan het plafond en komt bijna naar beneden, maar het verlicht ons niet met een verfrissend briesje: stuk…
Nadat we nog wat gedronken hebben zoeken we ons bed op. Het was een lange dag. Als we bijna liggen komt een meisje vragen hoe laat we willen ontbijten. We noemen acht uur maar dan kijkt ze verschrikt naar ons op en denkt na en vraagt of het ook om tien uur of half elf kan. Maar dat gaat ons niet lukken, want om half tien komt Alhagy ons halen. Gek eigenlijk: dat maak je in Nederland niet mee dat iemand vraagt of je ook wat later kunt gaan ontbijten.
Het is mooi geweest, we duiken op ons Gambiaanse bed met Gambiaanse matras. Dat laatste betekent dat we geen pocketvering en elektrische bediening hebben (beide niet stuk hoor; het is er gewoon niet). We hebben wel schuimmatrassen waar de afdrukken van onze voorgangers nog inzitten. Stuk? Welnee! Je kan er nog prima op liggen: geluk!
Na een onrustige, bloedhete, klamme nacht zijn we vroeg wakker van de Gambiaanse geluiden. Ons ochtendplasje doen we op een wc zonder wc-bril in een ruimte die gescheiden is van de kamer met een doek. De verfrissende douche is met recht fris (koud water) en we hebben alle ruimte in de badkamer! Wat een geluk. We gaan eens kijken of we het zwembad kunnen vinden dat ze nog maar net hebben gebouwd hier. Extreme luxe, dat we na een warme dag even een duikje kunnen nemen. Maar helaas, het nieuwe zwembad is stuk… er zit geen water meer in, omdat de verf aan de binnenkant opnieuw moet drogen. De verwachting is dat er komende week water in het zwembad komt en dat we kunnen zwemmen: wat een geluk! We zijn benieuwd naar wat deze dag ons gaat brengen.
Inmiddels is het 1800 uur en zijn we terug op de compound. Na het ontbijt hebben we geld gewisseld, een simkaart gekocht voor internet en toen naar Paradise Beach. Een beetje zwemmen (en ja, zelfs Stef!!), lezen, kletsen, dutten en vooral veel kijken. We zijn stuk van de reis van gisteren maar wat een geluk dat we hier mogen zijn.
Goede tijd daar!!
Groetje!
Ik kijk al uit naar jullie volgende reisverhaal.